In deze dagen van bezuinigingen, is geluk een onderwerp dat veel grote geesten lijkt bezig te houden, van de regering tot beneden. Maar doet positief denken ons eigenlijk wel goed en hoe begin je geluk eigenlijk te definiëren? Deze netelige kwesties vormden het uitgangspunt voor een debat in het Instituut voor Hedendaagse Kunst vorige week.
Het panel bestond uit verschillende namen die bekend zullen zijn bij Psychologies-lezers – Guardian-columnist Oliver Burkeman, psychotherapeute Philippa Perry en psychologe Ros Taylor. Dus wat is geluk?’ vroeg cultuurtheoreticus Mark Fisher, die het debat voorzat. Is het het tegenovergestelde van depressie?’
Oliver Burkeman trapte af met een verwijzing naar de grondlegger van de positieve psychologiebeweging, Martin Seligman en zijn ‘PERMA’-definitie van geluk – positieve emotie, relaties, betekenis en prestaties. Ja, het is een vage definitie, maar in dit geval wel een bruikbare.
‘De zelfhulpwereld promoot vaak de onderliggende boodschap dat het allemaal jouw verantwoordelijkheid is,’ zei Burkeman. Er is zelfs een boek in Amerika met de titel ‘You’re Broke Because You Want to Be’ – George Osborne zou het waarschijnlijk verplichte lectuur voor ons allemaal maken.’ Hij suggereerde dat de meest succesvolle weg naar geluk gradualisme is, kleine incrementele doelen in plaats van te proberen massale verandering te creëren, en dat in ieder geval de weg naar geluk ongrijpbaar is. Voor mij is het meestal lang tafelen met vrienden, in de natuur zijn en echt goed bier met kaas drinken.’
Ros Taylor had een andere kijk, erop wijzend dat we een bewuste keuze moeten maken om gelukkiger te zijn. De blauwe vogeltje van geluk komt niet zomaar op je arm landen. Soms moet je doen alsof tot je er bent. Ellendige mensen hebben de neiging om ellendige gezichten te trekken, waardoor mensen hen gaan mijden, wat een vicieuze cirkel creëert. Als je glimlacht, of zelfs maar streeft naar een emotioneel neutrale toon, kan dat een verschil maken.’
Phillipa Perry gaf een aantal praktische tips, waarbij ze de ‘het ligt allemaal aan jou’-filosofie slim op de hak nam. Ten eerste, en dit is van vitaal belang, kies je moeder heel zorgvuldig. Dat zal een blijvend effect hebben, sorry dat ik zo richtinggevend ben. Kies iemand die prioriteit aan je zal geven, vooral in de eerste twee levensjaren. En als dat voor jou niet is gebeurd? Dan heb je het volste recht om je ellendig te voelen. Toch is niet alles verloren. Je kunt je nog steeds gelukkiger voelen, door koesterende relaties te ontwikkelen, hobby’s te vinden waarbij je nieuwe dingen leert en de verhalen te veranderen die je jezelf vertelt over je leven tot nu toe.
Ten slotte was het panel het eens met de laatste suggestie van Ros Taylor. Wij zijn Britten – voor ons voelt positief denken misleidend. Laten we in plaats daarvan een nieuw concept – nuttig denken – omarmen.’