Terugkomend op de ogen, het rechteroog is het belangrijkste bij tweederde van de mensen, en het linkeroog bij eenderde van de mensen. Er zijn speciale tests ontwikkeld om dit vast te stellen. Hebben deze individuele verschillen invloed op het proces van visuele informatieperceptie, bijvoorbeeld de perceptie van teksten, links en rechts? Onderzoeken uitgevoerd aan het Instituut voor Cognitieve Neurologie van de Moderne Universiteit voor Geesteswetenschappen zullen helpen deze vraag te beantwoorden.
Bij het experiment waren alle rechtshandige studenten betrokken, maar bij sommigen van hen was het rechteroog leidend, bij de anderen – het linkeroog. Alle proefpersonen werd aangeboden een tekst op het scherm van de PC te lezen, waarbij de tekst hetzij in het rechter, hetzij in het linker gedeelte van het scherm werd geplaatst, terwijl het hoofd van de proefpersonen naar het midden was gericht (in dergelijke omstandigheden werd de visuele informatie uit het linker gezichtshelftsveld naar de rechterhersenhelft gestuurd, en omgekeerd). Het is gebleken dat de “links-ogende” proefpersonen de tekst sneller lezen wanneer die zich links bevindt, dan de tekst die zich rechts bevindt. Bij de “rechts-zienden” werden dergelijke verschillen niet opgemerkt.
Bij nadere analyse is gebleken, dat de hersenen bij het lezen van de linkse tekst door de “links-ziende” proefpersonen (tijdens een fixatie met één oog op een tekstfragment) meer symbolen waarnamen dan bij het lezen van de rechtse tekst.
Met andere woorden, in het linker gezichtsveld wordt de fixatie met één oog gekenmerkt door een hogere “informatiecapaciteit”. Dit houdt rechtstreeks verband met de leessnelheid: hoe meer symbolen de blik tijdens één fixatie waarneemt, hoe sneller een persoon leest. Er is nog een teken van succes bij het lezen: tijdens het lezen keert de blik regelmatig terug naar het reeds gelezen woord (blijkbaar door de moeilijkheid van de waarneming). De “links-ogende” proeflezers keerden dus in de links-zijdige tekst minder terug dan in de rechts-zijdige tekst, wat betekent dat de “linkse” tekstherkenning succesvoller is. Bovendien voerde de meerderheid van de “links-ogende” personen snellere snelle oogbewegingen – saccades – naar links uit dan naar rechts.
Physiologen kunnen slechts veronderstellingen maken over de redenen voor dergelijke verschillen.
Aangezien alle probationers rechtshandig zijn, wordt de controle over hun leidende rechterhand uitgevoerd door de linker hemisfeer. Bij de rechtshandigen controleert dezelfde linkerhersenhelft ook het leidende rechteroog. Bij de links-zienden wordt het leidende linkeroog bestuurd door de rechterhersenhelft, die geen controle heeft over de bewegingen van de leidende hand.
En dit werkt beter. Daarom lezen de “links-ogende” personen sneller links.
Waar kan deze kennis nuttig blijken? Blijkbaar is het zinvol om bij de produktie van verschillende videoprodukten, b.v. trainingsvideo’s, rekening te houden met het leidende oog. Er worden speciale voorwerpen (lepels, deurkrukken) gemaakt, hoewel niet in Rusland, voor linkshandigen, maar er wordt niets speciaals gemaakt voor “links-ogende” personen. Misschien dat dit in de toekomst wel zal gebeuren.