1630-40, Victoria & Albert Museum
“Dit ensemble toont de modieuze formele kleding voor mannen aan het eind van de jaren 1630 en het begin van de jaren 1640. De broek is lang en vrij vol van snit en reikt tot net onder de knie. De wambuis heeft een hoge taille aan de zijkanten en achterkant, uitlopend tot een punt aan de voorkant. Een opzettelijke opening van de naad op elke mouw laat het fijne linnen hemd eronder zien. Geen ensemble was compleet zonder cape, en dit exemplaar overspant bijna een volledige cirkel. De versieringstechniek die bij dit kledingstuk is gebruikt, is uniek en ingewikkeld. Lange smalle stroken satijn werden gevlochten en “gepinked” (geperforeerd). Vervolgens werden zij in korte stukken gesneden en verticaal en diagonaal over de onderliggende vorm van elk kledingstuk gerangschikt om een rijk en decoratief effect te verkrijgen. De kraag van de cape is later gewijzigd.”- Victoria & Albert Museum
1660s, Victoria & Albert Museum
“In de jaren 1660 waren de traditionele wambuis en broek veranderd ten opzichte van hun vorm eerder in de eeuw. De wambuis was een zeer kort kledingstuk geworden dat het hemd eronder bij de taille blootstelde. Dit exemplaar is gemaakt van beige waterige zijde en versierd met perkamenten kant. De voorzijde en de mouwen zijn gerimpeld, d.w.z. in smalle stroken die opengaan om het hemd te onthullen. Deze wambuis maakt deel uit van een ensemble van bijpassende toog en broek, naar verluidt toebehoord hebbend aan Prins Rupert (1619-1682). De rijbroek was te kwetsbaar om tentoon te stellen en daarom wordt hier een reproductie getoond die de exacte stijl van de originelen reproduceert. Bekend als petticoat rijbroek, was het een zeer wijde, volle vorm en open bij de knie.” – Victoria & Albert Museum
1670, Victoria & Albert Museum
“In Groot-Brittannië werd in de jaren 1660 een nieuwe stijl van formele dagkleding voor mannen geïntroduceerd, ter vervanging van de wambuis en petticoat rijbroek. De nieuwe mode was in gang gezet door koning Charles II, onder invloed van koning Lodewijk XIV van Frankrijk. Mannen droegen nu een lange, vrij nauwsluitende jas die tot op de knie reikte. De broek die bij de nieuwe mantel hoorde, sloot veel nauwer aan dan de vorige broek. De kleding van de mannen bleef rijkelijk versierd. Deze jas heeft horizontaal aangebracht vlechtwerk van zilver op beide fronten, met manchetten van blauwe wol. Het geheel is afgebeeld met een al even rijkelijk geborduurde cape. In de 18e eeuw was de cape een zuiver functioneel kledingstuk geworden, dat alleen nog als bescherming buitenshuis werd gebruikt”. – Victoria & Albert Museum
1673, Victoria & Albert Museum
“Dit zijn twee stukken van een ensemble dat James, hertog van York, droeg bij zijn huwelijk in 1673. Het is een nieuwe mode in herenkleding die enkele jaren daarvoor was ingevoerd door de oudere broer van de hertog, Charles II. De stijl kwam uit Frankrijk waar hij was afgeleid van het justaucorps, een versie van de militaire jas die door Lodewijk XIV in de mode was gebracht”. – Victoria & Albert Museum