We hebben allemaal wel eens nagedacht over wat het betekent om een ouder te zijn, maar heb je je ooit afgevraagd hoe onze cultuur de manier beïnvloedt waarop we denken dat de juiste manier is om op te voeden? In Noorwegen laten ouders hun kinderen regelmatig buiten slapen bij temperaturen van -20 graden, in België mogen kinderen bier drinken en in Japan rijden kinderen op 7-jarige leeftijd al met de metro. Hoewel deze gedragingen voor ons misschien bizar klinken, zijn ze voor deze ouders de “juiste manier”.
De impliciete ideeën die we hebben over de juiste manier om kinderen op te voeden, zijn wat Sarah Harkness, een professor in menselijke ontwikkeling aan de Universiteit van Connecticut, “ouderlijke ethnotheorieën” noemt. Deze overtuigingen zitten zo in ons verankerd dat het bijna onmogelijk is om ze objectief te zien.
Maar wat als we onze culturele lenzen eens af zouden kunnen zetten en een ander perspectief zouden kunnen proberen? Wat als we door de bril van een van de gelukkigste landen ter wereld zouden kunnen kijken, al meer dan 40 jaar op rij, en zouden kunnen zien wat volgens hen de juiste manier is om kinderen op te voeden. Is er iets dat we zouden kunnen leren? Wat als een van de geheimen van hun succes zo simpel was als kinderspel?
Denemarken, het land van Lego en Hans Christian Andersen, is momenteel het op twee na gelukkigste land ter wereld (ze staan voortdurend in de top 3 sinds 1973) en een van de dingen die ze anders doen is vrij, ongestructureerd, niet door volwassenen geleid spel zien als een van de belangrijkste activiteiten waar een kind zich mee bezig kan houden. Het wordt beschouwd als een opvoedingstheorie en dat is al zo sinds 1871.
“Vrij spel wordt in Denemarken gezien als cruciaal, niet als optioneel” zegt Dorthe Mikkelsen een Deense lerares van een Fritid skole of “Vrije Tijd School” (waar kinderen worden aangemoedigd om gewoon te spelen nadat ze klaar zijn met de gewone school). “Spelen helpt kinderen om alles wat ze leren samen met anderen te verwerken. Het bouwt empathie, onderhandelen en vaardigheden op die zo belangrijk zijn voor het opbouwen van het zelfrespect van het kind, niet alleen in de academische vakken.”
Wetenschappers hebben jarenlang spel bij dieren bestudeerd in een poging het evolutionaire doel ervan te begrijpen en één ding hebben ze ontdekt: spelen is cruciaal om te leren omgaan met stress. Aan stangen hangen, spelen, vechten, elkaar achterna zitten en leren hoe te onderhandelen zijn allemaal dingen die spelenderwijs gebeuren. Kinderen oefenen zichzelf in vecht- of vluchtposities en stressvolle situaties om te zien hoeveel ze aankunnen, en vervolgens bepalen ze hoe ver ze daarin gaan. Spelen helpt kinderen coping-mechanismen, zelfbeheersing en veerkracht te ontwikkelen, waarvan is bewezen dat het een belangrijke factor is voor geluk op de lange termijn.
Veel ouders kunnen zich lui voelen als ze hun kinderen vrij laten spelen en hun dagen niet programmeren met activiteiten. Ondanks al het onderzoek dat de educatieve voordelen ondersteunt en het feit dat het huidige nummer één gelukkigste land ter wereld, Finland, ook spelen ziet als een fundamenteel leerinstrument voor kinderen. Finland is toevallig ook een wereldleider op het gebied van onderwijs. Wordt het tijd dat we spelen serieuzer nemen?
Het is interessant om te bedenken dat Lego, ’s werelds grootste speelgoedbedrijf, in 1932 is uitgevonden door een Deense timmerman die kinderen zag spelen en hun fantasie de vrije loop zag laten. Dit inspireerde hem zo dat het woord Lego eigenlijk een samentrekking is van de woorden “leg godt” samengevoegd of “goed spelen”. Toen al wisten de Denen dat “goed kunnen spelen” een bouwsteen was voor een toekomstig rijk van geluk.
Zoals de internationaal geliefde Lego-blokjes, lijkt Leren door “vrij spel” een ouderlijke ethheorie die het waard is om te importeren.