De langhoornkevers behoren tot de familie ‘Cerambycidae’. Ze zijn een kosmopolitische familie van kevers en worden gekenmerkt door hun extreem lange antennes. Hun lange antennes zijn vaak even lang als of langer dan het eigen lichaam van de kever. Bij verschillende leden van de familie zijn de antennes echter vrij kort en dergelijke soorten kunnen alleen met moeite worden herkend van verwante keverfamilies zoals de Chrysomelidae.
Deze keverfamilie is een grote, met meer dan 20.000 beschreven soorten. Verscheidene zijn ernstige plagen, waarbij de larven zich in hout boren, waar zij grote schade kunnen toebrengen aan hetzij levende bomen of aan hout in gebouwen. Een bepaalde soort, de oude huisboorder ‘Hylotrupes bajulus’, is vooral binnenshuis een probleem.
Een aantal soorten bootst mieren, bijen en wespen na, hoewel de meeste soorten cryptisch gekleurd zijn. De zeldzame langhoornige reuzenkever (Titanus giganteus) uit het noordoosten van Zuid-Amerika wordt vaak beschouwd als het grootste (hoewel niet het zwaarste, en niet het langste met inbegrip van de poten) insect, met een maximale bekende lichaamslengte van iets meer dan 16 centimeter.