Laat me zeggen dat er verschillende manieren zijn om te vertellen wie een psalm geschreven heeft. De gemakkelijkste manier is om naar de titel te kijken. De titel van Psalm 90, bijvoorbeeld, is “Een gebed van Mozes, de man Gods.” Het is duidelijk dat Mozes de woorden van die psalm heeft geschreven. Psalm 91 heeft echter geen titel, dus kunnen we de schrijver niet op die manier identificeren.
Als de psalm geen titel heeft om de schrijver te identificeren, is er een tweede manier om te ontdekken wie die persoon was. Als een andere Schriftpassage een gedeelte van de psalm citeert en het toeschrijft aan een schrijver die niet door de titel wordt geïdentificeerd. Psalm 2 heeft bijvoorbeeld geen titel, maar de verzen 1 en 2 worden geciteerd in Handelingen 4:25-26 Die door de mond van Uw knecht David gezegd heeft: Waarom zijn de heidenen tekeergegaan, en heeft het volk ijdele dingen gedacht? De koningen der aarde stonden op, en de heerschappijen vergaderden zich tegen den Heere, en tegen Zijn Christus.
Zie allen…. In vers 25 van dat hoofdstuk wordt ons verteld dat David Psalm 2 schreef. Helaas heb ik geen passages gevonden die de schrijver van Psalm 91 identificeren.
Veel van de commentatoren schrijven de Psalm toe aan Mozes, en dat zou wel eens kunnen kloppen. Ik denk dat zij een Joodse traditie volgen die zegt dat als de schrijver van een bepaalde psalm niet wordt geïdentificeerd in de titel van die psalm, je terug kunt gaan naar de dichtstbijzijnde psalm die wel een titel heeft en veilig kunt aannemen dat het dezelfde schrijver is. Aangezien Psalm 90 duidelijk aan Mozes wordt toegeschreven, zouden zij zeggen dat Psalm 91 ook een psalm van Mozes is. Ik zou aarzelen om dat van harte te onderschrijven, maar ik denk dat Mozes net zo goed een gok is als ieder ander. In vers 14 van Psalm 91 staat de zinsnede “stel zijn liefde op mij”. De enige andere plaats in de Bijbel waar die zin (of in ieder geval iets wat daar heel dicht bij in de buurt komt) gevonden wordt, is in Deuteronomium 7:7De HEERE heeft Zijn liefde niet op u gevestigd, noch u verkoren, omdat gij talrijker waart dan enig volk; want gij waart de geringste van alle volken:
Zie allen… “De HEERE heeft Zijn liefde niet op u gevestigd, noch u uitverkoren, omdat gij talrijker waart dan enig ander volk; want gij waart het geringste van alle volken.” Het Boek Deuteronomium is duidelijk een van de boeken die Mozes schreef, dus dat zou enig bewijs kunnen zijn voor de veronderstelling dat Mozes de schrijver van deze psalm is.