In het stroomgebied van de Nijl is elk aspect van de menselijke ontwikkeling verbonden met water. Het verbouwen van voedsel, basishygiëne, het verdienen van een boterham, het beoefenen van sport of het behoud van een natuurlijke omgeving zijn allemaal afhankelijk van de beschikbaarheid van en toegang tot voldoende water. Bevolkingsgroei en economische ontwikkeling leiden tot een snel stijgende vraag naar water; zij leiden ook tot aantasting van het milieu en (in wisselwerking met) klimaatverandering, waardoor waterbronnen extra onder druk komen te staan en hun hernieuwbare voorraad afneemt. Water wordt dan steeds schaarser.
Om deze dynamiek van vraag, beschikbaarheid en druk op de hulpbronnen te helpen begrijpen, laten we beginnen met de basis en een blik werpen op het stroomgebied.
Het stroomgebied van de Nijl bestrijkt het grondgebied van 12 landen: Egypte, Sudan, Zuid-Sudan, Eritrea, Ethiopië, Centraal-Afrikaanse Republiek, Kenia, Uganda, Rwanda, Burundi, Congo en Tanzania, oftewel een landoppervlakte van 3.200.000 km².
In 2016 woonden er meer dan 257 miljoen mensen in het stroomgebied, oftewel 20% van de Afrikaanse bevolking.
Basishydrologie
Met zijn 6.695 km is de Nijl de langste rivier ter wereld, met de Amazone (6.400 km) en de Yangtze (6.300 km) op de tweede en derde plaats. Het totale stroomgebied voert 3.200.000 m³ per jaar af en is daarmee vergelijkbaar met de Mississippi, de Kongo en de La Plata.
Het stroomgebied is onderverdeeld in 10 verschillende deelstroomgebieden, met twee hoofdtakken: de Witte Nijl en de Blauwe Nijl.
De Blauwe Nijltak, afkomstig van de Ethiopische en Eritrese hooglanden
- Bijna 85% van de totale jaarlijkse afvoer van het Nijl-bekken
- Blauwe Nijl-subbekken, levert de grootste bijdrage van water aan de rivier de Nijl. De Blauwe Nijl stroomt van de Ethiopische hooglanden naar Khartoem, na verschillende grote dammen te hebben gepasseerd.
- Tekeze-Atbara deelbekken, het meest seizoensgebonden deel van de Nijl, met drie stuwdammen: TK5 in Ethiopië, en de Khashim- en Girba-dammen in Sudan. Dit deelstroomgebied loost water in de Nijl ten noorden van Khartoum.
Aftakking van de Witte Nijl, afkomstig uit het gebied van de Grote Meren (ongeveer 15% van de jaarlijkse afvoer)
- Bijna 15% van de totale jaarlijkse afvoer van het Nijlbekken
- Subbekken van het Victoriameer het stroomgebied dat al het water afvoert naar de Victoria Nijl in Jinja (Oeganda)
- Subbekken van de Victoria Nijl, van Jinja naar de instroom van Lake Albert (Victoria Nijl)
- Lake Albert subbekken omvatten de legendarische Rwenzori Mountains of de Bergen van de Maan, Lake George en Lake Edward. Van hieruit gaat de Albert Nijl verder naar het noorden in het
- Bahr el Jebel subbekken; hier wordt de rivier samengevoegd met water uit een gebied dat de Mount Elgon omvat; dit water vormt de Bahr el Jebel of Bergrivier; een gedeelte dat door de Sudd moerassen stroomt, wordt Bahr el Zaraf of Giraffenrivier genoemd.
- Bahr el Ghazal subbekken loost water uit het westelijk deel van Zuid-Soedan en Soedan in de Bahr el Jebel.
- Baro Akobo subbekken. Water uit de hooglanden van Ethiopië en de vlakten van Zuid-Soedan (Akobo/Pibor/Sobat rivier) komt in de Bahr el-Jebel. Zo ontstaat de Witte Nijl.
- Het deelstroomgebied van de Witte Nijl, van Malakal in Zuid-Soedan tot Khartoum in Soedan.
Het deelstroomgebied van de Hoofdnijl
- Bij Khartoum in Soedan komen de Witte Nijl en de Blauwe Nijl samen in de machtige rivier de Nijl, die noordwaarts stroomt naar de Middellandse Zee.
Enige cijfers over landen binnen het Nijlbekken
(km²)
in Bekken
(*) Interne hernieuwbare watervoorziening: dit is niet alleen afkomstig van de Nijl, maar kan ook andere hernieuwbare zoetwaterbronnen omvatten.
Bron: FAO – Aquastat – 11/2017.
Merk op dat de DR Congo een enorme interne hernieuwbare watervoorraad heeft, maar deze bevindt zich voornamelijk binnen het stroomgebied van de Congo-rivier. Haar bijdrage aan de rivier de Nijl is eerder beperkt. Andere landen, zoals Rwanda en Burundi, zijn voor hun watervoorziening sterk afhankelijk van de Nijl, en Oeganda, Zuid-Soedan Soedan en Egypte zijn bijna uitsluitend afhankelijk van water uit het Nijlbekken.