The Consequences of Low Back Pain
As de tweede meest voorkomende symptoomgerelateerde reden voor polikliniekbezoeken na een gewone verkoudheid, vertegenwoordigt lage rugpijn een van de meest voorkomende aandoeningen die in de klinische praktijk worden aangetroffen, met een levenslange prevalentie tot 84%.1 Lage rugpijn wordt ook geassocieerd met absenteïsme/presenteeïsme op het werk, een veranderde functionele status en een lagere gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven. Samen hebben deze symptomen een grote invloed op de mobiliteit en het vermogen om activiteiten van het dagelijks leven (ADL) uit te voeren, wat uiteindelijk resulteert in aanzienlijke economische en maatschappelijke gevolgen.2,3,4
B-Vitaminen als aanvulling op de huidige standaarden van zorg
De huidige wereldwijde richtlijnen voor klinische praktijken bevelen consequent het gebruik aan van acetaminofen als eerstelijnsbehandeling en van NSAID’s (bv. ibuprofen, diclofenac en naproxen) als tweedelijnsbehandeling voor lage rugpijn.5 Hoewel zowel acetaminofen als NSAID’s een bewezen doeltreffendheid en veiligheidsprofiel hebben, bestaat er een aanzienlijke onbeantwoorde behoefte bij patiënten die niet onder controle blijven ondanks een maximale therapie. Recent onderzoek heeft de potentiële rol van vitamine B-complex – in de literatuur gedefinieerd als 1 mg vitamine B12, 50-100 mg vitamine B1 en 50-100 mg vitamine B6 – als aanvulling op NSAID-therapie bij patiënten die anders ongecontroleerd blijven met hun huidige therapeutische regimes en die mogelijk intensivering nodig hebben, benadrukt.
De DOLOR studie, een gerandomiseerde, dubbelblinde studie, beoordeelde de werkzaamheid en veiligheid van tweemaal daagse orale toediening van ofwel vitamine B-complex combinatietherapie (groep DB; 50 mg diclofenac + 50 mg vitamine B1, 50 mg vitamine B6 en 1 mg vitamine B12) of diclofenac monotherapie, (groep D; 50mg diclofenac). Na 3 dagen behandeling beëindigde een statistisch significant hoger percentage proefpersonen in groep DB (n = 87; 46,5%) dan in groep D (n = 55; 29%) de studie wegens succes van de behandeling (χ2: 12,06; p = 0,0005). Volgens de auteurs van de studie leverde de combinatietherapie superieure resultaten op in pijnvermindering, verbetering van mobiliteit en functionaliteit zoals beoordeeld door de Visual Analog Pain Scale (VAS).6
Een aantal post-hoc analyses van studies versterken verder het nut van deze aanvullende aanpak. Zo toonden Geller e.a. onlangs een statistisch significante correlatie aan tussen VAS-scores en FFD-scores (vinger-tot-vloer afstand) in DOLOR, wat het gunstige effect aantoont van aanvullend vitamine B-complex op zowel mobiliteit als pijnintensiteit bij patiënten die zich presenteren met lage rugpijn. Geller e.a. toonden eveneens aan, met behulp van de Patient Functionality Questionnaire (PFQ), dat patiënten die aanvullend vitamine B-complex kregen een grotere verbetering vertoonden dan NSAID’s alleen, op gebieden die verband houden met slaapkwaliteit, mobiliteit, vermogen om te wassen en te drogen, vermogen om afstanden te lopen, en houdingscomfort.7 Een recente systematische meta-analyse door Marquez e.a. bevestigt grotendeels de hierboven genoemde bevindingen.5
Voorgestelde mechanismen
Hoewel de exacte mechanismen voor de werkzaamheid van vitamine B-complex bij de behandeling van lage rugpijn nog grotendeels onbekend zijn, gaat de overheersende hypothese uit van het verhogen van de afferente remmende controle van nociceptieve neuronen in het ruggenmerg, het verbeteren van de sensorische zenuwgeleidingssnelheid en het verminderen van neuronale hyperexciteerbaarheid door het veranderen van natriumstromen in beschadigde achterwortelganglia.8,9,10 In combinatie met NSAID therapie, heeft dit de potentie om diepgaande synergetische effecten te produceren.5
Toekomstige vooruitzichten
Het recente onderzoek ziet er veelbelovend uit; toch valt er nog veel te ontdekken in de toepassing van vitamine B complex voor de behandeling van lage rugpijn. Voornamelijk de subjectieve aard van pijn, evenals de grote verschillen in de respons op NSAID’s bij verschillende subgroepen van patiënten, maken een geïndividualiseerde benadering nodig van zowel toekomstige onderzoeksprogramma’s als klinische richtlijnen die proberen dit wijdverbreide klinische probleem aan te pakken.