In betrouwbaarheid is de overlevingskans het deel van de eenheden dat na een bepaalde tijd overleeft. Deze schattingen van overlevingskansen worden vaak aangeduid als betrouwbaarheidsschattingen. Gebruik deze waarden om te bepalen of uw product voldoet aan de betrouwbaarheidseisen of om de betrouwbaarheid van twee of meer ontwerpen te vergelijken.
Bij wijze van voorbeeld: een fabrikant van mobiele telefoons onderzoekt de betrouwbaarheid van een onderdeel in een versnelde levensduurtest. De overlevingskans bij 70 uur is 0,197736. Dit betekent dat na 70 uur ongeveer 19,77% van deze onderdelen het nog niet zal hebben begeven.
In probit-analyses schatten overlevingskansen het aandeel eenheden dat bij een bepaald spanningsniveau overleeft.
Een betrouwbaarheidsingenieur stelde bijvoorbeeld gloeilampen bloot aan verschillende spanningen en registreerde of de gloeilamp al dan niet voor 800 uur doorbrandde. De ingenieur voerde een probit-analyse uit om de overlevingskans te schatten voor gloeilampen die werden blootgesteld aan 117 volt en bepaalde dat de kans dat een lamp langer dan 800 uur zou overleven 0,7692 is bij 117 volt.
De cumulatieve faalkansen zijn de waarschijnlijkheid dat een lamp faalt in plaats van overleeft. In het voorbeeld van de gloeilamp is de kans dat hij voor 800 uur bij 117 volt stuk gaat 1 – 0,7692 = 0,2308.