Duiltjes – inkepingen op de wangen – komen vaak in families voor, en er wordt aangenomen dat deze eigenschap erfelijk is. Kuiltjes worden meestal beschouwd als een dominant genetisch kenmerk, wat betekent dat één kopie van het veranderde gen in elke cel voldoende is om kuiltjes te veroorzaken. Sommige onderzoekers zeggen echter dat er geen bewijs is dat kuiltjes erfelijk zijn. Er is weinig onderzoek gedaan naar de genetica van kuiltjes en het is niet bekend welk gen of welke genen hierbij betrokken kunnen zijn.
Een kuiltje is een afwijking van de spier die een deukje in de wang veroorzaakt, vooral wanneer de persoon lacht. Sommige mensen hebben kuiltjes in beide wangen, anderen slechts in één wang. Baby’s hebben waarschijnlijk kuiltjes door babyvet in hun wangen. Als ze hun babyvet verliezen als ze ouder worden, verdwijnen hun kuiltjes. Andere kinderen hebben ze niet bij de geboorte, maar kunnen ze later in hun jeugd krijgen. Bij sommige mensen blijven kuiltjes tot in de puberteit of jongvolwassenheid bestaan, terwijl ze bij anderen hun hele leven blijven bestaan.
Duiltjes die er ongeveer hetzelfde uitzien, kunnen in opeenvolgende generaties van een familie voorkomen. Zo werd in een familie waargenomen dat de broers en zussen, hun vader, ooms, grootvader en overgrootvader allemaal vergelijkbare kuiltjes in beide wangen hadden. In andere families kunnen kuiltjes bij een kind voorkomen, maar worden ze niet in meer dan één generatie gezien.
Wetenschappelijke artikelen voor verdere lezing
OMIM: Dimples, Facial (126100)
Wiedemann HR. Kuiltjes in de wangen. Am J Med Genet. 1990 Jul;36(3):376. PubMed: 2363446.