Spaanse Armada

De Spaanse Armada was een vloot van 132 schepen die door koning Filips II van Spanje (r. 1556-1598 CE) was samengesteld om Engeland in 1588 CE binnen te vallen, zijn “Onderneming van Engeland”. De Koninklijke Marine van Elizabeth I van Engeland (r. 1558-1603 CE) ontmoette de Armada in het Engelse Kanaal en, dankzij superieure manoeuvreerbaarheid, betere vuurkracht, en slecht weer, werden de Spanjaarden verslagen. De restanten van de Armada moesten vervolgens langs de gevaarlijke kusten van Schotland varen en zo gingen nog meer schepen en manschappen verloren, totdat uiteindelijk slechts de helft van de vloot de Spaanse wateren weer wist te bereiken. De Engels-Spaanse oorlog ging door, en Filips probeerde met toekomstige maritieme expedities binnen te vallen, maar de nederlaag van de Armada in 1588 CE werd een legende, gevierd in kunst en literatuur en beschouwd als een teken van goddelijke gunst voor de suprematie van het protestantse Engeland over het katholieke Spanje.

Proloog: Drie Koninginnen & Eén Koning

De belangstelling van Filips van Spanje voor Engeland ging terug tot 1553 n.C., toen zijn vader, Koning Karel V van Spanje (r. 1516-1556 n.C.) hem liet trouwen met Mary I van Engeland (r. 1553-1558 n.C.). Mary was een overtuigd katholiek, maar haar omkering van de Engelse reformatie en voorgenomen huwelijk met een prins van de grote rivaal van Engeland en toen het rijkste land van Europa leidde tot een openlijke opstand – de Wyatt Rebellion van januari 1554 CE. Mary sloeg de opstand neer, vervolgde de protestanten om haar bijnaam “Bloody Mary” te verdienen, en trouwde toch met Philip. Het bleek geen gelukkig huwelijk te zijn, en Filips bracht het grootste deel van zijn tijd zo ver mogelijk van zijn vrouw door. Filips werd koning van Spanje in 1556 CE en dus Mary zijn koningin, maar ze stierf in 1558 CE aan kanker. Filips verspilde geen tijd en deed een aanzoek aan Mary’s opvolgster, haar zuster Elizabeth. De Maagdelijke Koningin wees het aanbod af, samen met vele anderen, en zij stuurde haar koninkrijk weg van het katholicisme.

Verwijder advertenties

Advertentie

Het waren gevaarlijke tijden voor Elizabeth, want schijnbaar wilde iedereen haar troon, niemand meer dan Philips van Spanje.

Elizabeth herinstalleerde de Act of Supremacy (april 1559 CE), die de Engelse vorst aan het hoofd van de Kerk plaatste (in tegenstelling tot de Paus). Als gevolg hiervan excommuniceerde de Paus de koningin voor ketterij in februari 1570. Elizabeth was ook actief in het buitenland. Zij trachtte het protestantisme in het katholieke Ierland op te leggen, maar dit resulteerde slechts in frequente opstanden (1569-73, 1579-83, en 1595-8 CE) die dikwijls materieel werden gesteund door Spanje. De koningin stuurde ook geld en wapens naar de Hugenoten in Frankrijk en financiële hulp naar de protestanten in de Nederlanden die protesteerden tegen Filips’ bewind.

De religieuze en buitenlandse politiek van de koningin plaatste Elizabeth lijnrecht tegenover Filips die zichzelf zag als de kampioen van het katholicisme in Europa. Toen kwam er een derde vorst op het toneel, Mary, Koningin der Schotten (r. 1542-1567 CE). De katholieke Mary was de kleindochter van Mary Tudor, de zuster van Hendrik VIII, en zij was impopulair in het protestantse Schotland en werd in 1567 gedwongen af te treden en vervolgens het land te ontvluchten in 1568. Opgesloten gehouden door haar nicht Elizabeth, werd Mary een potentieel boegbeeld voor een katholiek geïnspireerde samenzwering om Elizabeth van haar troon te stoten. Voor veel katholieken was Elizabeth immers onwettig, omdat zij de scheiding van haar vader van zijn eerste vrouw Catharina van Aragon (1485-1536 CE) niet erkenden. Er werden verschillende complotten gesmeed, met name een mislukte opstand in het noorden van Engeland, die werd aangewakkerd door de graven van Northumberland en Westmorland, beide overtuigde katholieken. De samenzweerderige hertog van Norfolk, die met Spanje had samengezworen om Engeland binnen te vallen en Mary tot koningin te kronen (het Ridolfi complot uit 1571), werd in 1572 geëxecuteerd. Dit waren gevaarlijke tijden voor Elizabeth omdat schijnbaar iedereen haar troon wilde, niemand meer dan Philips van Spanje.

Verwijder advertenties

Advertentie

Philip II van Spanje door Moro
door Antonio Moro (Public Domain)

Het Engelse parlement bleef erop gebrand Elizabeths troon beter veilig te stellen door in ieder geval een erfgenaam te hebben; Dat parlement had Elizabeth al tweemaal formeel ten huwelijk gevraagd (1559 en 1563). Nu was er een extra bedreiging voor de dynastie in de vorm van Mary. Zonder erfgenaam zou Mary Elizabeths troon kunnen overnemen. Daarom vroeg het Parlement in 1586 tweemaal aan de koningin om Mary’s doodvonnis te ondertekenen. Elizabeth tekende het doodvonnis uiteindelijk op 1 februari 1587 toen bekend werd dat de voormalige Schotse koningin een complot tegen haar nicht had gesmeed. Mary had geprobeerd Filips van Spanje, die zij haar erfgenaam noemde, aan te moedigen Engeland binnen te vallen en zo werd onweerlegbaar bewijs verzameld van haar verraderlijke bedoelingen.

Engelse-Spaanse betrekkingen

Toen Mary, Koningin der Schotten op 8 februari 1587 CE werd geëxecuteerd, had Filips nog een reden om Engeland aan te vallen. Filips was boos over de opstanden in de Nederlanden die de handel verstoorden en over Elizabeths zending van enkele duizenden troepen en geld om de protestanten daar in 1585 CE te steunen. Als de Nederlanden zouden vallen, dan zou Engeland zeker de volgende zijn. Andere twistpunten waren de afwijzing door Engeland van het katholicisme en de paus, en het optreden van kapers, ‘zeehonden’ zoals Francis Drake (ca. 1540-1596 CE) die Spaanse schepen plunderden, beladen met goud en zilver uit de Nieuwe Wereld. Elizabeth financierde sommige van deze dubieuze daden zelfs zelf. Spanje was ook niet geheel onschuldig: het nam Engelse schepen in Spaanse havens in beslag en weigerde Engelse kooplieden toegang te verlenen tot de handel in de Nieuwe Wereld. Toen Drake in 1587 Cadiz aanviel en “de baard van de koning schroeide” door waardevolle schepen en voorraden bestemd voor Spanje te vernietigen, werd Filips’ lang geplande invasie, wat hij de “Onderneming van Engeland” noemde, vertraagd, maar de Spaanse koning was vastbesloten. Filips kreeg zelfs de zegen en financiële steun van paus Sixtus V (r. 1585-90 CE) toen de koning zich voordeed als het zwaard van de katholieke kerk.

Liefhebbers van geschiedenis?

Teken in voor onze wekelijkse e-mail nieuwsbrief!

Routekaart van de Spaanse Armada
door History Department of the United States Military Academy at West Point (Public Domain)

The Fleets

Philip stelde eindelijk zijn enorme vloot samen, een ‘armada’ van 132 schepen, hoewel zijn financiële problemen en de Engelse aanvallen op voorraden uit de Nieuwe Wereld hem niet in staat stelden een zo grote vloot te bouwen als hij had gehoopt. De Armada, reeds volgepakt met 17.000 soldaten en 7.000 zeelieden, voer op 30 mei 1588 CE uit vanuit Lissabon (toen onder Philips’ bewind). Het was de bedoeling dat de Armada de overheersing over het Kanaal zou vestigen en vervolgens de Nederlanden zou bereiken om daar een tweede leger op te pikken onder leiding van de hertog van Parma, Filips’ regent aldaar. Parma’s multinationale leger bestond uit Filips’ beste troepen en omvatte Spanjaarden, Italianen, Duitsers, Bourgondiërs en 1.000 ontevreden Engelsen. De vloot zou dan uitvaren om Engeland binnen te vallen. Filips’ troepenmacht was indrukwekkend genoeg, maar de koning hoopte dat deze, eenmaal in Engeland, zou worden versterkt door Engelse katholieken die Elizabeths ondergang zouden willen meemaken. De Armada stond onder bevel van de hertog van Medina Sidonia, en Filips had Medina bij zijn vertrek beloofd: “Als je faalt, faal je; maar de zaak is de zaak van God, je zult niet falen” (Phillips, 123).

De 20 Engelse koninklijke galjoenen waren beter bewapend dan de beste van de Spaanse schepen & hun kanonnen konden verder vuren.

Henry VIII van Engeland (r 1509-1547 CE) en Mary I hadden beiden geïnvesteerd in de Royal Navy van Engeland en Elizabeth zou de vruchten plukken van die vooruitziende blik. De Engelse vloot van ongeveer 130 schepen stond onder bevel van Lord Howard van Effingham. De grote Spaanse galjoenen – ontworpen voor transport, niet voor oorlogsvoering – waren veel minder wendbaar dan de kleinere Engelse schepen die, zo hoopte men, in staat zouden zijn de Spaanse vloot in en uit te rennen en verwoestingen aan te richten. Bovendien waren de 20 Engelse koninklijke galjoenen beter bewapend dan de beste van de Spaanse schepen en konden hun kanonnen verder vuren. De Engelsen konden ook profiteren van ervaren en stoutmoedige bevelhebbers als vice-admiraal Drake, die door de Spanjaarden ‘El Draque’ (‘de Draak’) werd genoemd en die de wereld rond was gevaren in de Golden Hind (1577-80 CE). Een andere opmerkelijke bevelhebber met ruime zeilervaring was Martin Frobisher (ca. 1535-1594 CE) in de Triumph, terwijl oude zeezouters als John Hawkins (1532-1595 CE) er als schatbewaarder sinds 1578 CE voor hadden gezorgd dat de marine beschikte over de beste uitrusting die Elizabeth zich kon veroorloven, waaronder fraaie schepen als Drake’s vlaggenschip, de Revenge, en Howard’s vlaggenschip, de ultramoderne Ark Royal.

Verwijder advertenties

Advertentie

Geslag

Om stormen te trotseren, was de Armada verplicht om eerst naar de haven van Coruña te varen en zo duurde het twee maanden om uiteindelijk het Engelse Kanaal te bereiken. Tegen die tijd was de invasie geen verrassing meer voor de Engelsen, die de Spaanse galjoenen op 19 juli voor de kust van Cornwall zagen liggen. Vuurbakens verspreidden het nieuws langs de kust en op 20 juli voer de Engelse vloot uit vanuit haar thuishaven Plymouth om de invallers tegemoet te komen. Er waren ongeveer 50 gevechtsschepen aan beide zijden en er zouden drie afzonderlijke gevechten volgen waarbij de marines elkaar en de stormen bestreden. Deze gevechten, verspreid over de volgende week, vonden plaats bij Eddystone, Portland, en het Isle of Wight. De Engelse schepen konden niet profiteren van hun grotere wendbaarheid of van de superieure kennis van de getijden van hun commandanten, omdat de Spanjaarden hun vertrouwde gedisciplineerde lijn-borst formatie aannamen – een reusachtige halve maan. De Engelsen slaagden er wel in de vleugels van de Armada zwaar te beschieten, ‘plukken aan hun veren’ zoals Lord Howard het uitdrukte (Guy, 341). Hoewel de Engelse vloot meer vuurkracht had dan de Spaanse, beschikten beide partijen over onvoldoende munitie en waren de bevelhebbers gedwongen zuinig te zijn met hun salvo’s. De Spanjaarden trokken zich op 27 juli voorzichtig terug naar een veilige ankerplaats bij Calais, nadat ze slechts twee schepen hadden verloren en veel andere slechts oppervlakkige schade hadden opgelopen.

Zesn vurige schepen, georganiseerd door Drake, werden vervolgens in de nacht van 28 juli op de Spaanse vloot afgestuurd. Sterke wind blies de onbemande schepen naar de voor anker liggende vloot en verspreidde snel de verwoestende vlammen onder hen. De Engelse schepen vielen vervolgens aan bij Gravelines voor de Vlaamse kust op 29 juli. De Spaanse vloot brak haar formatie nog steeds met slechts vier verloren schepen, maar veel meer waren nu zwaar beschadigd door kanonschoten. Erger nog, 120 ankers waren haastig doorgesneden en verloren gegaan om aan de vuurschepen te ontkomen. Het verlies van deze ankers zou de manoeuvreerbaarheid van de Spaanse schepen de komende weken ernstig belemmeren. De Armada werd vervolgens getroffen door de steeds hardere winden uit het zuidwesten. De hertog van Medina Sidonia, niet in staat om dicht genoeg bij de vluchtige Engelse schepen te komen en met Parma’s troepen geblokkeerd door Nederlandse schepen, beval een terugtocht en het opgeven van de invasie.

Vuurschepen vallen de Spaanse Armada aan
door Onbekende Kunstenaar (Publiek Domein)

Drake meldde de overwinning vanaf zijn schip Revenge:

God heeft ons zo’n goede dag gegeven door de vijand zo ver naar lij te dwingen dat ik in God hoop dat de prins van Parma en de hertog van Sidonia elkaar deze dagen niet de hand zullen schudden; en wanneer ze elkaar ook zullen ontmoeten, ik geloof dat geen van hen zich erg zal verheugen over de diensten van deze dag.

(Ferriby, 226)

De Armada werd door de aanhoudende storm gedwongen om langs de onstuimige en rotsachtige kusten van Schotland en Ierland te varen, om naar huis terug te keren. Verscheidene Engelse schepen achtervolgden de Spanjaarden tot Schotland, maar het slechte weer en de onbekende kusten richtten de echte schade aan. De voorraden raakten snel uitgeput, paarden werden overboord gegooid, schepen vergingen en de zeelieden die aan land ontsnapten, werden aan de autoriteiten overgeleverd voor executie. Er was nog een zware storm in de Atlantische Oceaan, en slechts de helft van de Armada haalde het terug naar Spanje in oktober 1588 CE. Ongelooflijk, Engeland werd gered. 11-15.000 Spanjaarden waren omgekomen tegen ongeveer 100 Engelsen.

Steun onze non-profit organisatie

Met uw hulp creëren wij gratis inhoud die miljoenen mensen helpt geschiedenis te leren over de hele wereld.

Word lid

Verwijder advertenties

Advertentie

Tilbury

Tussen bezocht Elizabeth persoonlijk haar landleger, dat in Tilbury in Essex was verzameld om Londen te verdedigen mocht de Armada aan land gaan. Een ander Engels leger was aan de noordoostkust gestationeerd en een mobiele troepenmacht volgde de Armada toen deze langs de Engelse kust oprukte. Het leger bij Tilbury, bestaande uit infanterie en cavalerie voor een totaal van 16.500 man, had moeten worden aangevoerd door de favoriet van de koningin, Robert Dudley, 1e graaf van Leicester (l. ca. 1532-1588 CE), maar hij was te ziek om dit te doen. Elizabeth, gehuld in harnas en rijdend op een grijze ruin, wekte haar troepen op met de volgende gevierde toespraak:

Mijn liefhebbende volk, we zijn door sommigen die bezorgd zijn over onze veiligheid overgehaald om op te passen hoe we ons verbinden met gewapende menigten uit angst voor verraad, maar ik verzeker u dat ik niet wil leven om mijn trouwe en liefhebbende volk te wantrouwen. Laat tirannen vrezen… Ik heb mij altijd zo gedragen dat ik, onder God, mijn grootste kracht en waarborg heb gesteld in de trouwe harten en goede wil van mijn onderdanen, en daarom ben ik onder u gekomen zoals u mij nu ziet, niet voor mijn ontspanning en vermaak, maar vastbesloten om, midden in de hitte van de strijd, te midden van u allen te leven of te sterven, om voor mijn God, en voor mijn koninkrijk, en voor mijn volk, mijn eer en mijn bloed neer te leggen, zelfs in het stof.

Ik weet dat ik het lichaam heb van een zwakke en zwakke vrouw, maar ik heb het hart en de maag van een koning, en een koning van Engeland ook, en ik vind het schandalig dat Parma of Spanje of welke prins van Europa dan ook, de grenzen van mijn rijk zou durven binnendringen, waartoe ik, liever dan dat enige oneer door mij zal groeien, zelf de wapens op zal nemen, ik zal zelf jullie generaal zijn, rechter en beloner van elk van jullie deugden in het veld. Ik weet nu al dat u voor uw voorzichtigheid beloningen en kronen hebt verdiend; en wij verzekeren u, op het woord van een prins, dat deze naar behoren aan u zullen worden uitbetaald… Door uw dapperheid in het veld zullen wij binnenkort een beroemde overwinning behalen op deze vijanden van God, van mijn koninkrijk en van mijn volk.

Verwijder advertenties

Advertentie

(Phillips, 122)

Elizabeth I Armada Portret
door Onbekende Kunstenaar (Publiek Domein)

Zo gebeurde het, toen Elizabeth op 9 augustus haar troepen bezocht, was de uitkomst van de zeeslag al beslist. Niettemin waren haar persoonlijke aanpak en opzwepende toespraak, in combinatie met de onwaarschijnlijke overwinning, het begin van haar stijgende status als levende legende. Elizabeth werd bekend als de grote keizerin ‘Gloriana’, naar de hoofdfiguur van het gedicht The Fairie Queen van Edmund Spenser (ca. 1552-1599 CE) uit 1590 CE. De combinatie van betere schepen, zeemanschap en kanonnen had samen met ongunstig weer Engeland een beroemde overwinning bezorgd. De Engelsen zelf onderschatten deze laatste factor niet, sterker nog, dit werd vaak gebruikt als bewijs van Gods wil. Zoals de legende op de medailles die Elizabeth sloeg om de overwinning te herdenken, eraan herinnerde: Afflavit Deus et dissipati sunt (‘God blies en zij werden verstrooid’). Op 24 november werd een dankdienst gehouden in de Saint Paul’s Cathedral in Londen.

Nade

Philip gaf niet op ondanks de ramp van zijn grote ‘Enterprise’, en hij probeerde nog tweemaal Engeland binnen te vallen (1596 en 1597 CE) maar telkens werd zijn vloot door stormen teruggeslagen. De Spaanse koning steunde ook opstanden in katholiek Ierland door geld en troepen te sturen in 1601 CE, zoals hij had gedaan vóór de Armada in 1580 CE. Aan de andere kant, Elizabeth bekrachtigde de mislukte tegenaanval op Portugal in 1589 CE. Een mix van privé en officiële schepen en manschappen, deze expeditie had verwarrende doelen en bereikte dus niets. In wezen bleef de koningin de voorkeur geven aan verdediging boven aanval als de ruggengraat van haar buitenlands beleid. Bovendien waren hoge belastingen nodig om de oorlog met Spanje te betalen en dit was een last die nog eens bovenop de vele andere lasten kwam die het Engelse volk moest dragen, zoals stijgingen van inflatie, werkloosheid en misdaad, die allemaal bovenop een reeks slechte oogsten kwamen.

De nederlaag van de Spaanse Armada gaf Engeland een nieuw vertrouwen en toonde het belang aan van zeemacht en moderne kanonvuurkracht. Een goed bewapende vloot met goed getrainde bemanningen kon de macht van een staat tot ver buiten zijn kusten uitbreiden en de aanvoerlijnen van zijn vijanden ernstige schade toebrengen. Dit was misschien wel de meest blijvende erfenis van de nederlaag van de Armada. De Tudors hadden de fundamenten gelegd voor de Royal Navy, die onder de volgende heersende dynastieën steeds groter zou worden en de wereldgeschiedenis zou veranderen, van Tahiti tot Trafalgar, en die nu grondig op de proef werd gesteld.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.